Dat een bezoek aan Wijk aan Zee niet altijd goed afloopt, is bij de meeste schakers wel bekend. Maar toch over het algemeen heerst bij mij het gevoel dat het er meestal plezierig toeven is. Hoe anders liep het deze keer.
Na de gebruikelijke problemen met het vervoer, was André Kunst gelukkig bereid een deel van onze vedetten te vervoeren.
Kan iemand mij uitleggen, waarom voor schakers en zeker die van ons derde team een auto iets is, dat als een vreemd voorwerp wordt gezien? En dat je zeker niet aanschaft.
Maar dit terzijde. Ons vervoermiddel, de auto van Arend Boer gereden door Sjef Rosier konden we natuurlijk niet kwijt en alleen een afgelegen
parkeerplaatsje op het strand bracht soulaas. Daarna een gratis voettochtje door de duinen onder leiding van Patrick de Koning (“Ik ben hier geboren, man”). Heel leuk allemaal totdat iemand zijn ‘gezond’ verstand terugkreeg en een steile trap van een meter of 10 naar beneden vond en een zandpad dat ons leidde naar Sonnevanck
Onze helden werden keurig aan wat tafels geplaatst, sommige van deze tafels waren wat breed zodat je beter aan je tegenstander kon vragen als je wat ver opgerukt was in zijn stelling, of hij jouw zet wilde doen. Dan bestond er wel groot gevaar dat je de stukken niet meer kon onderscheiden. Torens kleiner dan pionnen, een ruimschotse verzameling aan kleurtinten op de verschillende stukken, enzovoort, kortom: klooi maar wat aan. Het enige wat niet ‘alternatief’ is, zijn de prijzen voor consumpties. Daar wordt wel degelijk gekeken naar andere locaties.
Dan nu over naar waar het ons werkelijk omgaat, de schaakwedstrijd tegen het Paard van Ree. Een kleine vereniging dus met spelers van uiteenlopende sterkte. De hoogste rating was 1812, de laagste 1289, een zeer breed spectrum.
Patrick de Koning de 'gelukkige' die op bord 8 was geplaatst en die het tegen de 1289 speler mocht opnemen.
Na een behoudende opening begonnen beide heren aan een afruilspelletje, wat al snel resulteerde in een remise. Dit volgens mij binnen het uur. Het eerste halfje was binnen, het is wel eens slechter geweest.
Arend Boer leek een heel gezonde stelling te hebben, zelfs met een pion meer. Totdat ik de partij begon te volgen.
Bizarre taferelen deden zich voor. In een woud van flesjes bier en een in half door sigarettenrook verscholen bord, begon Arend aan een reeks zetten die voor mij volstrekt onbegrijpelijk waren. Ik denk schaakblindheid. Later verklaarde Arend dat zijn
tegenstander zichzelf 2x had schaakgezet, waardoor Arend totaal van de leg was geraakt. In elk geval we stonden een punt achter.
André Hennipman, onze hoop voor de toekomst, liet weer eens zien dat jeugdig overmoed in de schaaksport dodelijk is. André opende de stelling voor zijn koning, zijn tegenstander reageerde adequaat en speelde André van het bord. 2 punten achter.
Hans Wijdoogen op eigen verzoek aan een lager bord geplaatst. Kwam niet echt in zijn spel, verloor al snel een pion, even later een kwaliteit. Maar leek toch nog tegenspel te bieden. Totdat….. tja. Hij zijn loper weghaalde. Waarna hij werd matgezet. 3 punten achter.
Jan Bontenbal die moest het tegen de 1812 speler opnemen, dat deed hij wonderwel met zeer veel inzet en ook goed spel. Er was zelfs een moment dat André Kunst en ik dachten dat hij wat kon winnen. Het liep anders maar Jan kan met opgeheven hoofd terugkijken op zijn partij.
Sjef Rosier, onze debutant, behaalde wel een punt. Na een Spaanse opening, waarna zwart met de lopers op b7 en g7 stond, begon Sjef met een zeer merkwaardig spelletje schaak. Hij maakt enkel gebruik van de witte velden (damvirus?). Zijn tegenstander rook bloed, offerde een stuk, maar vergat dat een paard op het witte veld de zwarte velden bestrijkt.
Floor Schoone, ook nog tot de jeugd behorend, liet verzorgd schaak zien. Het leek even of hij een pion had gewonnen, maar later moest hij die toch inleveren. Daarna ging het langzaam minder en na een zit van ruim 3 uur moest hij met lede ogen toezien dat zijn tegenstander 2 pionnen meer had en de winst veilig stelde.
Peter Duijn, de laatst overgebleven strijder, had een uitstekende start en kwam een stuk beter uit de opening dan zijn tegenstander. Maar ook Peter verzandde in zijn partij en evenals in de partij van Floor, eindigde Peter met 2 pionnen minder en met een negatief resultaat.
Alles bij elkaar opgeteld en zeker gezien het verschil in rating is het geen schande om hier te verliezen, maar na wat ik gezien heb op de borden bekruipt me toch opnieuw het gevoel dat er veel meer had ingezeten. Zeker de partijen van Arend, Peter en Floor. Maar goed, het eindresultaat is het enige wat telt. Een volgende keer hoop ik dat het derde weer eens wint. Of is het zoals Floor zei: “Het derde is behekst.”?
Het Paard van Ree | (1614) | - | Kijk Uit 3 | (1450) | 6½ - 1½ |
H. Eygenbrood | (1812) | - | J. Bontenbal | (1487) | 1 - 0 |
W. Vos | (1703) | - | P. Duijn | (1495) | 1 - 0 |
Huub de Vries | (1686) | - | F. Schoone | (1467) | 1 - 0 |
Hein de Vries | (1571) | - | A. Boer | (1356) | 1 - 0 |
M. v.d. Mey | (1581) | - | S. Rosier | (0000) | 0 - 1 |
R. Ferschot | (0000) | - | H. Wijdoogen | (1548) | 1 - 0 |
R. Baltus | (1654) | - | A. Hennipman | (0000) | 1 - 0 |
D. Krassenburg | (1289) | - | P. de Koning | (1346) | ½ - ½ |
Teamleider Andries Visser