Het is kwart over twaalf als André Kunst mij met de auto komt ophalen voor de schaakwedstrijd tegen A.S.C. in Alphen aan de Rijn. Colleen Otten zit al in de auto en nadat Peter van Nieuwenhuizen is ingestapt gaan we met zijn vieren op weg. In de auto zeggen we tegen elkaar dat een wedstrijdpunt tegen A.S.C. tot de mogelijkheden moet behoren, zeker als zij met invallers spelen. De routeplanner leidt ons tot op 100 meter van de locatie waar we moeten spelen. We zijn iets aan de late kant. Colleen en ik stappen voor de parkeergarage van het winkelcentrum uit en volgen in de regen de bordjes van zalencentrum "de Bron" waar de wedstrijd zal plaatsvinden. Binnen een minuut staan we voor de ingang waarop een aanplakbiljet hangt met de mededeling: "ingang aan de andere zijde van dit gebouw". Wij vervolgen onze route (door de regen) langs een bibliotheek en staan uiteindelijk weer op de plaats waar we begonnen. Inmiddels staat Sinclair Koelemij ons op te wachten en zegt dat we de bibliotheek in moeten lopen en dan rechtsaf. Kortom weer terug door de regen. Bij binnenkomst blijkt dat we op Martin de Koning na compleet zijn.
De wedstrijdleider drukt de klokken in en om even over enen beginnen we te
spelen. Jaap Kramer zat in het buitenland, Lourens van Veelen kon niet spelen
omdat zijn dochter jarig was (Lourens gefeliciteerd!) en dus speelde Peter
Hamersma aan het laatste bord als "playing-captain".
Waar was Martin? Gelukkig is de mobiel uitgevonden en wat bleek……………
Martin zat in Aalsmeer! Peter Hamersma had in de eerste e-mail naar de spelers
het adres van A.A.S. (Aalsmeer) en A.S.C. (Alphen aan de Rijn) door elkaar
gehaald. Hij had dat later wel gecorrigeerd, maar als spelers afwezig zijn, kan
het mislopen. Om een lang verhaal kort te maken, Martin arriveerde na een lange
reis exact binnen het uur (maar had wel een uur achterstand).
De eerste uitslag kwam van het achtste bord waar Peter Hamersma met zwart een Konings-Indische partij (Sämisch variant) op het bord kreeg. De stelling was tamelijk gesloten, maar Peter probeerde op de damevleugel een "gaatje" te creëren om een koningsaanval te beginnen. De tegenstander verdedigde goed en bood na ruim 2½ uur spelen remise aan, hetgeen werd geaccepteerd (½ - ½). André Kunst had zijn dag niet. In een Siciliaanse partij speelde André met de zwarte stukken, maar echt lekker liep het niet en na 26 zetten moest hij opgeven (1½ - ½ in het voordeel van A.S.C.).
Of het nu aan het weer lag, de zaal, de plaats, ik weet het niet maar aan
bord 6 ging het mis. Ofschoon ik niet de hele partij heb gezien, stond Sinclair
vrij hopeloos toen ik voor het eerst op zijn bord keek. Al snel bleek deze
analyse juist en na 3½ uur was het 2½ - ½ .
Sebastiaan speelde aan bord zeven met de witte stukken weer op zijn
"Sebastiaans". Een stuk werd geofferd om initiatief te krijgen - maar
dit bleef helaas uit - en toen hij een blunder maakte waardoor hij een toren
dreigde te verliezen moest hij opgeven (3½ - ½ ).
Martin, die bijna een uur te laat arriveerde, moest zeer snel spelen. Met
nog 8 minuten op de klok was er een zeer gecompliceerde stelling ontstaan, waar
Martin twee lopers had voor een toren. Ik had de indruk dat Martin beter stond,
maar in de tijdnoodfase bleef een remise stelling over (4 - 1 voor A.S.C.).
Hoe stond het aan de resterende borden? Colleen speelde met de witte
stukken een goede partij, had een stuk gewonnen en alles leek goed te gaan.
Helaas ging het in de tijdnoodfase net voor de digitale controle mis, en sprong
de klok voor Colleen te snel op de min. In een gewonnen stelling met een
kwaliteit voor ging ze door haar vlag. De nederlaag was een feit: 5 - 1.
Aan bord 1 speelde Arent van Nieukerken. Ook aan dit bord ging het
aanvankelijk goed. Arent kwam een pion voor, kreeg een goede stelling, maar kon
uiteindelijk niet de winst pakken. In een twee toren eindspel kwam hij zelfs op
het eind een pion achter, waarna de vrede werd getekend (5½ - 1½). Inmiddels
was Peter van Nieuwenhuizen nog de enige die speelde. Peter stond
halverwege de partij positioneel slecht, stond pionnen achter, maar wist -
evenals zijn tegenstander - een vrijpion te creëren die tot dame promoveerde.
In deze stelling stond Peter weliswaar een paard achter, maar zijn tegenstander
stond met zijn koning zo ongelukkig dat Peter remise kon afdwingen (misschien
zat er zelfs wel meer in, maar dat moet het computerprogramma "Fritz"
maar uitvinden). De uitslag werd dus een 6 - 2 nederlaag. A.S.C. speelde met
drie invallers, allen met een rating onder de 1850; als we een kans hadden gehad
om te winnen van de club uit Alphen dan was dat afgelopen zaterdag de 13e
december geweest. Door de regen gingen we terug, een triest resultaat op een
troosteloze dag.
A.S.C. 1 | (1934) | - | Kijk Uit 1 | (1945) | 6 - 2 |
C. van de Laar | (2062) | - | A. van Nieukerken | (2108) | ½ - ½ |
M. van Gils | (2064) | - | P. van Nieuwenhuizen | (2116) | ½ - ½ |
W. Hennink | 1973) | - | C. Otten | (2043) | 1 - 0 |
E. Fraikin | (1989) | - | A. Kunst | (1916) | 1 - 0 |
P. de Vries | (1952) | - | M. de Koning | (1897) | ½ - ½ |
A. van der Kuyl | (1905) | - | S. Koelemij | (1885) | 1 - 0 |
D. Roosa | (1791) | - | S. van Westerop | (1799) | 1 - 0 |
J. Frijling | (1732) | - | P. Hamersma |
(1798) |
½ - ½ |
Peter Hamersma