Door een nipte overwinning van ons eerste team bestaat er nog een minieme kans dat Kijk Uit 1 zich handhaaft in de 3e klasse KNSB.
De stand in de poule is razend spannend. In de laatste ronde speelt Kijk Uit tegen de Wijker Toren. Wanneer zij deze wedstrijd weet te winnen eindigt ze ιιn punt boven de Wijker Toren en handhaaft zich aldus in de 3e klasse.
Klasse 3D | Mp | Bp | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | |
1. | W.S.C. 1 | 15 | 43 | x | 4 | 4½ | 4½ | 6 | . | 5 | 6 | 7 | 6 |
2. | A.A.S. 1 | 13 | 39 | 4 | x | . | 6 | 5½ | 5 | 4½ | 2½ | 5 | 6½ |
3. | Zukertort Amstelveen 4 | 11 | 36½ | 3½ | . | x | 3 | 4½ | 5 | 4 | 5 | 5½ | 6 |
4. | De Eenhoorn 2 | 8 | 36 | 3½ | 2 | 5 | x | 6 | 3½ | . | 5½ | 3½ | 7 |
5. | A.S.C. 1 | 8 | 32 | 2 | 2½ | 3½ | 2 | x | 5½ | 4½ | 6 | 6 | . |
6. | Caissa 2 | 7 | 30½ | . | 3 | 3 | 4½ | 2½ | x | 4 | 5½ | 4 | 4 |
7. | L.S.G. 4 | 6 | 33 | 3 | 3½ | 4 | . | 3½ | 4 | x | 2½ | 6½ | 6 |
8. | De Wijker Toren 1 | 6 | 29½ | 2 | 5½ | 3 | 2½ | 2 | 2½ | 5½ | x | . | 6½ |
9. | Kijk Uit 1 | 5 | 25 | 1 | 3 | 2½ | 4½ | 2 | 4 | 1½ | . | x | 6½ |
10. | Philidor Leiden 2 | 1 | 15½ | 2 | 1½ | 2 | 1 | . | 4 | 2 | 1½ | 1½ | x |
De volgende tekst is van de spelers zelf afkomstig.
Bord 3 - Colleen Otten
Een zoutloze remise in 13 zetten. Wit wilde niet winnen en zwart kon niet winnen.
B. Meester - C.J. Otten 1. f4 d5 2. Pf3 Lg4 3. e3 Pd7 4. Le2 Lxf3 5. Lxf3 c6 6. 00 e5 7. fxe5 Pxe5 8. d4 Pxf3 9. Dxf3 Pf6 10. Pd2 Le7 11. c3 00 12. e4 dxe4 13. Pxe4 Pxe4. ½ -
½.
Bord 7 - Jaap Kramer
Verslag volgt nog. 0 - 1. Tussenstand ½ - 1½.
Bord 5 - Martin de Koning
Wit koos een populaire opstelling met Le3, Dd2 tegen mijn Pirc verdediging,
maar veranderde vervolgens van mening door Pf3 en 0-0 waardoor we meer in
klassiek vaarwater terechtkwamen. Nadat ik .... - e5 speelde stond wit iets
beter, maar zoals zo vaak eindigde dit in een zoutloze remise. ½ - ½. Tussenstand 1 - 2.
Bord 8 - Peter Hamersma
Peter Hamersma speelde aan bord 8 tegen de topscoorder van de Eenhoorn 2
(hij had 6 uit 7 voor de partij). Peter is geen echte openingskenner en
antwoordde op 1. e4 d5 met 2. e5?! om meteen uit de theorie te komen. Zijn
tegenstander probeerde deze "slechte" zet uit te buiten, maar kwam al snel in
een voor hem ongunstige variant terecht. Nadat Peter op de 10e zet een stuk
offerde in ruil voor ontwikkelingsvoorsprong, kwam zijn tegenstander in een
hopeloze stelling terecht en werd hij na 24 zetten mat gezet.
1. e4 d5 2. e5 c5 3. c3 Pc6 4. d4 cxd4 5. cxd4 Db6 6. Pf3 Lg4 7. Pbd2 Tac8 8.
Le2 Pb4 9. 0-0 Pc2
|
10. Pc4!? Txc4 11. Lxc4 Pxa1 12. Lxd5 e6 13. Da4 Ke7 14. Le4 f5 15. Lg5 Kf7 16. Dd7 Le7 17. Lxe7 Pxe7 18. Pg5 Kg6 19. Dxe7 fxe4 20. Df7 Kxg5 21. Dxg7 Kf4 22. Df6 Lf5 23. Dh6 Kg4 24. h3 mat.
|
1 - 0. Tussenstand 2 - 2.
Bord 2 - Peter van Nieuwenhuizen
Verslag volgt nog. 0 - 1. Tussenstand 2 - 3.
Bord 6 - Sinclair Koelemij
Geknoei, geknoei, geknoei..... Een paar woorden commentaar terwijl Fritz in
de achtergrond analyseert leidt al snel tot de conclusie dat wat een spannende
partij leek in feite een aaneenschakeling was van wederzijdse missers waar de
laatste fout tenslotte de partij besliste. Na een scherpe variant van het
Slavisch koos ik voor een verkeerde afruil. Vervolgens ontstond een achteraf
(tijdens de partij waren beide spelers overtuigd van de correctheid van hun
opmerkelijke plannen.) wel heel komisch geheel aan misverstanden, slechte zetten
en regelrechte blunders. Uiteindelijk kwam er lijn in de partij na een
beslissende blunder van zwart in wits tijdnood. Wit blunderde bijna tijdens het
afstraffen van zwarts misser. Slechts enkele millimeters scheiden de vingers van
mijn rechterhand van het enprise zetten van de dame. Maar die millimeters waren
voldoende om ondanks het missen van vele fraaie beslissende zetten in het
vervolg, toch het belangrijke punt binnen te halen. Gelukkig maar dat schaken
geen jury sport is, maar een sport van simpele zielen die niet verder dan 1
kunnen tellen. 1 - 0. Tussenstand 3 - 3.
Bord 4 - Andrι Kunst
Ik speelde met wit tegen de Frans verdediging. Ik was snel uit mijn theorie maar
mijn tegenstander had dit al vaker gespeeld in correspondentiepartijen. Toch kreeg
ik de overhand. Een zwart paard raakte verdwaald op h6 en is daar niet meer uitgekomen. Zwart moest een stuk geven om erger te voorkomen waarna de rest een kwestie van techniek was. 1 -
0. Tussenstand 4 - 3.
Bord 1 - Arent van Nieukerken
Een ingewikkelde partij. Ik had het idee dat ik (met zwart) wat beter uit de
opening was gekomen (sterk pionnencentrum, loperpaar), maar ook wit had kansen
(betere pionnenformatie op de damevleugel). Op het moment dat ik hem dacht te
overvleugelen, offerde hij (min of meer gedwongen) een kwaliteit, waarna het nog
onduidelijker werd. Ik wilde toen met een loperoffer het ijzer met handen
breken, maar zag dat ik mij verrekend had (na de partij dachten we dat wit nu
meteen had kunnen winnen, maar na analyse is mij gebleken dat het nog niet
duidelijk is). Mijn tegenstander "geloofde" mij en pleegde een tegenoffer dat
heel kansrijk leek, maar er zat een "toevalletje" in de stelling, zodat ik nu
opnieuw de kwaliteit won (tegen een pion). In het resterende eindspel van dame
en toren tegen dame en loper (met de nodige pionnen) stonden beide koningen
onveilig. Ik hoopte op winst, maar kon de beslissende klap niet uitdelen. ½ - ½.
Eindstand 4½ - 3½.
Kijk Uit 1 | (1958) | - | De Eenhoorn 2 | (2002) | 4½ - 3½ |
A. van Nieukerken | (2108) | - | M. van Ojik | (2136) | ½ - ½ |
P. van Nieuwenhuizen | (2116) | - | J. Edeling | (2078) | 0 - 1 |
C. Otten | (2043) | - | B. Meester | (1996) | ½ - ½ |
A. Kunst | (1916) | - | R. Ritsema | (1964) | 1 - 0 |
M. de Koning | (1897) | - | R. Kerkhoven | (1950) | ½ - ½ |
S. Koelemij | (1885) | - | A. Geerts | (1967) | 1 - 0 |
J. Kramer | (1904) | - | J. Vrugt | (1991) | 0 - 1 |
P. Hamersma |
(1798) |
- | J. Molenaar | (1935) | 1 - 0 |