Ons eerste team heeft in Hillegom tegen het eerste team van De Uil nipt verloren. Verzwakt door de afwezigheid van Arent van Nieukerken kon de winst net niet binnengehaald worden. Hieronder het commentaar van de spelers op hun eigen partij (een aantal spelers moet hun commentaar nog inleveren).
Aan bord 6 speelde Peter Hamersma met de zwarte stukken een Siciliaanse verdediging. Na zetverwisseling verscheen een soort Drakenvariant op het bord, waarin wit lang had gerokeerd en zwart kort. Deze opstelling resulteerde in een echte aanvalspartij waar zwart over de damevleugel kwam en wit met h4, g4 de koningskant koos. In de tijdscontrole werden lichte stukken en de dames geruild en ontstond een zeer gecompliceerd vier toren eindspel met nog zeven pionnen aan beide zijde op het bord. De vraag was wie staat er nu beter? Zwart die weliswaar zeer gedrukt stond, maar een verbonden pionnen structuur had of wit die veel zwaktes had in zijn pionnenstelling, maar de verste vrijpion had (op h6 geblokt door een zwarte pion op h7). Naarmate de partij vorderde kwam wit beter te staan maar zoals zo vaak bij schaken, een goede stelling winnen is niet altijd makkelijk. Zeker niet toen zwart een toren ruilde en zeer actief met zijn toren op de eerste en tweede rij kwam, ook twee vrijpionnen creëerde op de g en b-lijn. De witspeler koos op het kritieke moment de verkeerde voortzetting, waardoor Peter met goed verdedigen het net kon houden. De eindstelling was typerend voor de strijd: na 5½ uur spelen stonden er alleen nog twee koningen op het bord: ½ - ½.
Jan Geus speelde aan bord 7 met zwart. Jan stuurde zijn hele partij in. Klik hier om hem na te spelen. Winst voor Jan.
De staartborden: Sebastiaan, Peter, Jan en Ingmar
Aan het eerste bord speelde André Kunst zijn favoriete Grand Prix opening tegen Ad Reijneveld. Ad had zijn huiswerk gedaan want tijdens het 2000+ toernooi enkele jaren geleden hadden zij dezelfde opening gespeeld. Ad had zich dus voorbereid en koos dit keer voor de variant met het fianchetto op g7. André kwam beter uit de opening en had zelfs al vroeg in de partij de beslissende klap kunnen uitdelen. Hij verzuimde dit echter maar bleef prima staan. In het middenspel verloor André een stuk maar hij had zoveel druk dat zwart het stuk moest teruggeven. Er ontstond een gewonnen eindspel voor André op het bord maar door enkele minder nauwkeurige zetten resteerde een lopereindspel met ongelijke lopers dat niet meer te winnen was: ½ - ½.
Sebastiaan van Westerop kwam goed uit de opening en investeerde een pion. Daarna lukt het met de tactische trukendoos om het initiatief te behouden, maar er kwam niet meer dan een pion terug. Een poging om het toreneindspel met een verre vrij pion op de a-lijn te winnen maakte het nog even riskant, maar na 5 uur spelen werd de strijd gestaakt: ½ - ½.
De Uil 1 | (1896) | - | Kijk Uit 1 | (1848) | 4½ - 3½ |
Ad Reijneveld | (2053) | - | André Kunst | (1962) | ½ - ½ |
Jan Havenaar | (2074) | - | Colleen Otten | (2021) | ½ - ½ |
Jan Vreeburg | (1942) | - | Peter van Nieuwenhuizen | (1989) | ½ - ½ |
Jerry Bey | (0000) | - | Sinclair Koelemij | (1954) | 1 - 0 |
Edwin Heemskerk | (1825) | - | Sebastiaan van Westerop | (1860) | ½ - ½ |
Hennie van Eeuwijk | (1856) | - | Peter Hamersma | (1739) | ½ - ½ |
Rob Warmerdam | (1831) | - | Jan Geus | (1728) | 0 - 1 |
Jan van de Berg | (1695) | - | Ingmar Visser | (1534) | 1 - 0 |